Je hebt een Wajong uitkering en denkt na of het ondernemerschap wat voor jou is, maar je wilt natuurlijk niet dat jouw uitkering wegvalt wanneer je gaat ondernemen. In dit artikel gaan wij jou laten zien hoe je eenvoudig uitrekent hoeveel jij mag bijverdienen, zodat jij precies weet welke gevolgen ondernemen heeft voor jou uitkering.
Het bepalen van de hoogte van jouw Wajong-uitkering zullen wij verduidelijken aan de hand van een voorbeeld. Bij dit voorbeeld gaan we uit van de situatie dat je sowieso recht heeft op een Wajong-uitkering, 21 jaar of ouder bent en naast jouw uitkering inkomsten heeft van €350 per 4 weken met een loonwaarde van 40%.
Om de hoogte van uw persoonlijke Wajong-uitkering te bepalen is het van belang dat u de rekenhulp van het UWV invult met gegevens die in uw situatie van toepassing zijn.
https://www.uwv.nl/particulieren/rekenhulpen/hoe-hoog-is-mijn-wajong-uitkering/index.aspx
Stappenplan: berekenen van jouw Wajong
Stap 1
Allereerst gaan we kijken of je arbeidsvermogen hebt. Arbeidsvermogen houdt in dat je nu of in de toekomstmogelijkheden heeft om te werken. Dit wordt door de UWV beoordeeld.
Je hebt hier de volgende keuzes: ‘Ja, ik heb arbeidsvermogen of ik kan dit ontwikkelen’ of ‘Nee, ik heb nu en in de toekomst geen arbeidsvermogen’.
Stap 2
Vervolgens gaan we kijken naar je leeftijd. Het onderscheidt wordt hier gemaakt tussen 18 t/m 20 en 21 jaar of ouder. Wanneer u 18 t/m 20 jaar bent, wordt er gerekend met het minimumjeugdloon. Deze zal ook per jaar een beetje hoger zijn. Daarnaast wordt er wanneer je 21 jaar of ouder bent gerekend worden met het minimumloon. Bij de stap bestaan de keuzes daarom ook uit: ‘18’,’19’,’20’ en ’21 jaar of ouder’.
Stap 3
Nu zijn we aangekomen bij stap waar u aan moet geven of u wel of geen inkomsten heeft. De keuzes zijn voor de hand liggend. U kunt hier kiezen uit ‘ja’ of ‘nee’. Wanneer je geld bijverdiend met je eigen onderneming vul je hier ‘ja’.
Onkostenvergoeding
Wanneer je een onkostenvergoeding krijgt, bijvoorbeeld wanneer je vrijwilligerswerk verricht. Wordt dit niet gezien als arbeidsinkomen. Er is wel een limiet aan de onkostenvergoeding, dit mag namelijk maximaal €150 per maand zijn of per jaar niet hoger dan €1.500. Wanneer uw onkostenvergoeding hoger is dan dit bedrag, wordt het gezien als arbeidsinkomen. In die situatie wordt dat loon aangevuld door UWV tot 75% van het minimumloon.
Stap 4
Je hebt aangegeven of je wel of geen inkomsten hebt. Mocht je voor ‘nee’ hebben gekozen houdt de rekenhulp hierop en zul je gelijk doorgaan naar stap 7. Wanneer je wél inkomen hebt, zal er bij de volgende stap gevraagd worden om uw bruto-inkomsten (sv-loon). Dit sv-loon is jouw brutoloon met vakantiegeld, eindejaarsuitkering, dertiende maand, ploegentoeslag en bijtelling auto. Dit sv-loon staat meestal aangegeven op jouw loonstrook. Weet je niet wat uw sv-loon is? Vul dan alleen jouw brutoloon in. Ben je zelfstandige? Vul dan jouw winst in. En wanneer je een ondernemer bent, vul dan in hoeveel je per maand denkt te gaan verdienen met je onderneming.
Naast de hoogte van jouw bruto-inkomsten is het ook van belang dat je aangeeft of je deze inkomsten ‘per week’, ‘per 4 weken’ of ‘per maand’ ontvangt.
Stap 5
Nadat je jouw bruto-inkomsten hebt doorgegeven wordt er gevraagd of je werkgever loondispensatie voor jou ontvangt. Loondispensatie betekent dat je werkgever tijdelijk minder loon hoeft te betalen omdat je minder aankan dan andere werknemers. Wanneer je werkgever dit ontvangt, resulteert dit in minder loon voor jou als uitkeringsgerechtigde. Als het goed is ben jij op de hoogte of dit op u van toepassing is omdat dit met jouw werkgever met jou besproken is. Daarnaast heb je hier ook een brief over ontvangen. Wanneer jouw werkgever geen loondispensatie voor je ontvang, is dit de laatste stap. Wanneer je onderneemt is er geen sprake van loondispensatie, je vult hier dan ‘nee’ in.
Stap 6
Wanneer jouw werkgever loondispensatie voor je ontvangt wordt er gevraagd om uw %-loonwaarde. Om dit percentage te achterhalen lees je de kopie die u heeft ontvangen met betrekking tot de loondispensatie.
In het tweede tekstblok vind je het kopje ‘Waarom deze beslissing’. Hier vind je een aantal percentages. Het percentage dat je hierin moet vullen staat in de zin: ‘Dit is x% van het normloon dat bij de functie hoort’.
Stap 7
Tot slot klikt je op de knop ‘Bekijk uitkomst’. Je krijgt nu een overzicht van een schatting van jouw totale bruto-inkomsten vanaf 1 januari 2021. Vanaf deze datum wordt de Wajong-uitkering namelijk op een andere manier berekend. In het overzicht zie je de bruto-inkomsten uit werk én uw uitkering. Onder de streep staat een schatting van het bedrag dat jij maandelijks zult ontvangen.
De hoogte van de Wajong-uitkering ligt aan jouw situatie. Factoren die hier in rol in spelen zijn bijvoorbeeld:
- Heb je een arbeidsvermogen of kunt u dit ontwikkelen?
- Heb je naast uw uitkering ook nog inkomsten uit werk?
- Hoe hoog zijn deze inkomsten uit werk?
Ga je (meer) werken. Dan wordt de uitkering in verhouding lager, maar uw totale inkomsten gaan ten alle tijden omhoog.
Voor de bepaling van jouw Wajong-uitkering wordt er onderscheid gemaakt in twee situaties, namelijk:
- Je hebt wel arbeidsvermogen óf kunt deze nog ontwikkelen
- Je hebt geen arbeidsvermogen óf u kunt deze ook niet meer ontwikkelen
Wel een arbeidsvermogen
Wanneer de UWV heeft beoordeeld dat je een arbeidsvermogen heeft of je kunt dit ontwikkelen? Dan ontvang je wanneer je nog geen werk heeft maar je houdt zich wel aan de gemaakte afspraken die in jouw werk- of participatieplan staan, een Wajong-uitkering van maximaal 70% van het minimumloon.
Ga je (meer) werken?
Dan gaan jouw totale inkomsten ten alle tijden omhoog. Van iedere euro die u verdient, hou je25 cent over. Dit is natuurlijk niet erg, je verdiend namelijk meer vanuit je onderneming en houdt uiteindelijk meer geld over.
Geen arbeidsvermogen
Heeft de UWV beoordeeld dat je op het moment en in de toekomst geen arbeidsvermogen heeft? Je ontvangt in dit geval 75% van het minimum(jeugd)loon. Tussen je 18e en 21e levensjaar wordt de uitkering berekend op basis van het minimumjeugdloon. Dit minimumjeugdloon stijgt elk jaar dat je ouder wordt. Vanaf je 21e wordt de uitkering berekend op basis van het minimumloon.
Sinds 1 januari 2021 in de Wajong: het garantiebedrag
Sinds 1 januari 2021 wordt de hoogte van de Wajong uitkering op een andere manier berekend. Mocht je bij deze nieuwe regels een lagere uitkering krijgen dan met de oude regels, kun je beroep doen op het garantiebedrag (een minimumbedrag).
Je moet hiervoor wel in december 2020 en januari 2021 naast uw Wajong-uitkering, ook inkomsten hebben. Denk hierbij aan: loon, inkomsten uit werk als zelfstandige, een andere uitkering van UWV of pensioen.
De berekening van dit garantiebedrag is te vinden op:
Wil je onderzoeken of het ondernemerschap wat voor jou is? Klik dan hier om een gratis en vrijblijvend adviesgesprek aan te vragen.